Een lerend netwerk over palliatieve zorg voor mensen met belemmerde toegang tot reguliere palliatieve zorg

In mei 2021 startten we een lerend netwerk voor het verbeteren van palliatieve zorg voor mensen met belemmerde toegang tot reguliere palliatieve zorg. Het doel is om de kwaliteit van leven en regie van deze doelgroep te verbeteren door de formele en informele palliatieve zorg voor deze groepen te optimaliseren. We verbinden professionals en andere betrokkenen aan elkaar en voeren zorgverbeteringsprojecten uit in verbinding met het onderwijs. Het netwerk richt zich op het werkgebied van het Consortium Palliatieve Zorg Zuid-West. De aanjagers van de werkgroep zijn Michael Echteld, lector Zorg rond het Levenseinde en Koen Westen, docent-onderzoeker en lid van het lectoraat Zorg rond het Levenseinde van de Avans Hogeschool.

Michael Echteld en Koen Westen

Achtergrond – wat is het probleem?

Palliatieve zorg is multidisciplinaire zorg voor mensen met een beperkte levensverwachting op basis van ziekte of ouderdom. Het doel is kwaliteit van leven en regie. Palliatieve zorg start als men niet verbaasd is als de persoon binnen een jaar overlijdt, of wanneer via een andere weg duidelijk wordt dat de dood binnen afzienbare tijd onafwendbaar lijkt. Voor veel mensen met bemoeilijkte toegang tot reguliere palliatieve zorg zijn er knelpunten bij belangrijke aspecten van palliatieve zorg: markering, vroegtijdige zorgplanning (advance care planning) en gedeelde besluitvorming (shared decision making). Vaak is het moeilijk om wensen en waarden van deze groep mensen in kaart te brengen en om hen in een positie van regie te brengen.

Veel mensen met bemoeilijkte toegang tot reguliere palliatieve zorg blijken afwijkend op medicatie te reageren en hebben onder andere door een afwijkend verouderingsproces en een levenslang hogere multimorbiditeit en zorgmijden vaak een ander verloop van het ziekteproces dan mensen in de algemene populatie. De afwijkende presentatie van klachten maakt dat detectie van palliatieve zorgbehoeften, detectie van symptomen en symptoomcontrole aanzienlijk complexer zijn dan in de reguliere zorg. Uitdagingen rond communicatie dragen daartoe bij. Creëren van nabijheid en het verstaan van betekenisvol gedrag vraagt specifieke expertise. Palliatieve zorg voor deze groep mensen is daarmee een vak apart en vraagt specialisatie. Het probleem is dat er een groot tekort is aan kennis, instrumenten, richtlijnen en positieve attitude/cultuur om zich tot deze zorg duurzaam te verbinden. Het blijkt ook moeilijk om expertise te brengen voor mensen met bemoeilijkte toegang tot reguliere palliatieve zorg met palliatieve zorgvragen. De kennis over de aard en oorzaken van deze knelpunten zijn zeer onvolledig.

De verkenningen met onze werkveldpartners rond het thema palliatieve zorg onderschrijven deze waarnemingen. Lokale of regionale uitwisseling en samenwerking kan leiden tot het versterken van de palliatieve zorg voor mensen met afstand tot de reguliere palliatieve zorg.

Activiteiten van de werkgroep

De werkgroep zal zich richten op de volgende activiteiten:

  • Het formuleren en periodiek herzien van een plan van aanpak;
  • Het ophalen van goede voorbeelden van palliatieve zorg voor de doelgroep;
  • Het ophalen van knelpunten rond palliatieve zorg voor de doelgroep;
  • Het verbinden van mensen vanuit de werkgroep aan gesignaleerde knelpunten;
  • Het implementeren van kennis en/of producten (inclusief scholing) op basis van gesignaleerde knelpunten;
  • Het ontwerpen en implementeren van producten (inclusief scholing) op basis van gesignaleerde knelpunten;
  • Het formuleren van onderzoeksvragen en het uitvoeren van (evaluatie)onderzoek op basis van activiteiten van de werkgroep;
  • Het delen van de bevindingen met de gemeenschap.

Wat is de werking van de werkgroep?

De werkgroep zal gaan functioneren als een ‘lerend netwerk’ bij het Consortium Palliatieve Zorg Zuid-West. Hiermee is er formele verbinding met het consortium en ook met het landelijke gremium dat de consortia verbindt (LOCO). Wij voldoen al aan de eisen van het consortium voor een lerend netwerk. Deze eisen zijn als volgt: “Een lerend netwerk is een groep van personen die van elkaar wil leren op een bepaald onderwerp. Zo’n groep kan als lerend netwerk van het consortium ZWN worden aangemerkt als: 

  • Minimaal twee van de drie disciplines (zorgpraktijk, onderwijs en onderzoek) van elkaar leren op het gebied van palliatieve zorg. 
  • Er één of meer aanjagers zijn.
  • Er minimaal twee netwerken palliatieve zorg in het werkgebied van ZWN vertegenwoordigd zijn.
  • De lessen binnen het consortium ZWN gedeeld worden.”

De werkgroep richt zich op het werkgebied van het consortium Zuidwest Nederland. Er wordt een basale ledenadministratie bijgehouden.

Deelnemers

51 professionals en andere betrokken hebben zich aangesloten bij het netwerk. De deelnemende organisaties zijn:

Amarant, Antes Groep, Avans, Avoord, Careyn, Cello, De Wever, Erasmus MC – Consortium ZWN, GGZ Breburg/Fameus, GGZ Westelijk Noord-Brabant, Gors, Hogeschool Rotterdam, Hospice Francinus de Wind, Hospice de Cirkel, Manteling Walcheren, Netwerk Palliatieve Zorg Stadsgewest Breda, Netwerk Palliatieve Zorg Roosendaal – Bergen-op-Zoom – Tholen, Novadic-Kentron, Patiënten Advies Raad IKNL, Patiëntenplatform, SDW, SL Zorg, SMO-Traverse, Sovak, Stichting Fibula, Stichting Prisma, Tante Louise, Vitalis, ZMBR

Netwerkbijeenkomst 20 mei 2021

Op 20 mei hielden we een netwerkbijeenkomst waar 16 mensen uit het werkveld zich bij aansloten. In de bijeenkomst haalden we thema’s op voor activiteiten in de regio.

Thema’s uit de netwerkbijeenkomst

Financiering: financiering voor palliatieve zorg bij mensen met psychiatrische problematiek die geen zorg ontvangen vanuit de WLZ.

Scholing: voor palliatieve zorg bij mensen met belemmerde toegang tot reguliere zorg speelt dat bij veel zorgverleners basale kennis over palliatieve zorg ontbreekt; zowel doordat er weinig verpleegkundigen werken als dat de zorgorganisaties palliatieve zorg niet tot hun takenpakket beschouwen. Ook hebben veel cliënten andere zorgbehoeften dan cliënten in de algemene bevolking. Scholing, ook over somatische zorg, is hierbij nodig. Betrekken van MBOs, die ook in dit overleg ondervertegenwoordigd zijn, is hierbij belangrijk.

Markering: verkenningen in de zorg voor mensen met ernstige psychiatrische problemen lieten zien dat het tijdig markeren van de palliatieve fase een knelpunt is. Een hulpmiddel specifiek voor deze zorg is nodig.

Oppakken van de thema’s

Voor de volgende netwerkbijeenkomst zetten we de volgende activiteiten uit:

  • Gericht ophalen van informatie over financiering van palliatieve zorg voor mensen met belemmerde toegang bij specialisten en gezamenlijk formuleren van actiepunten.
  • Inventariseren bij alle leden wat de wensen voor scholing zijn en wat de leden kunnen bieden wat  betreft scholing.
  • Het opzetten van een projectgroep voor het ontwerpen van een hulpmiddel voor markering van de palliatieve fase bij mensen met belemmerde toegang tot reguliere zorg.