De ‘laatste’ zijn

Een onderzoek om antwoord te krijgen op de vraag hoe je omgaat met herinneringen als je zelf nog maar kort te leven hebt.

Wat gaat er door je heen als je de laatst levende van je familie bent? Hoe ga je om met je herinneringen als je zelf nog maar kort te leven hebt en alle kameraden van je peloton zijn overleden? Wat betekent het als jouw ambacht met uitsterven wordt bedreigd? Op deze vragen hoopt het lectoraat antwoord te krijgen.

Niet meer kunnen delen

Mensen die ‘de laatsten zijn’ dragen verhalen met zich mee die ze niet meer kunnen delen met de mensen van toen. Het onderzoek naar ‘de laatste’ gaat over ouderen in de laatste fase van hun leven die het gemeenschappelijke verleden niet meer kunnen delen. Het is de vraag hoe de sociale omgeving van deze ouderen van belang kan zijn. Wat kun je als hulpverlener, mantelzorger, familie of buurtgenoten beter wel of niet doen?

Existentieel gemis

Uit de eerste diepte-interviews met ‘de laatsten’ blijkt dat het een existentieel gemis is om de verhalen niet meer te kunnen delen. Door het wegvallen van de vaak intense band en het klankbord ontstaat een breuk in echt contact van mens tot mens. Voor de meesten is het eenzaam om de laatste te zijn en doet het iets met hun zingeving. ‘De laatsten’ geven aan dat het van een ander goede luistervaardigheden en veel empathisch vermogen vraagt om aansluiting te maken.

Fenomenologisch onderzoek

In de tweede fase van dit fenomenologische onderzoek zijn studenten betrokken bij de diepte-interviews die ook het perspectief van de sociale omgeving verder uitwerken.